Dit is het vervolg op Het Knaagt – Deel 1
Vorige maand schreef ik over de rat die onze keukenkastjes had overgenomen. Met als gevolg zijn (of haar) wenselijk (sorry) overlijden. De rat snoepte van het gif, en was ergens stilletjes gestorven. Dit verliep niet geheel geurloos, maar soit, kun je dat het beest kwalijk nemen? Stel je voor dat iemand mijn favoriete vegaburger vergiftigd. Dan zou ik maar al te graag in een gifbommetje veranderen. Vooralsnog zag het er rooskleurig uit voor ons. Wij konden met een gerust hart op vakantie. Case closed, zo dachten wij. Toch kreeg dit verhaal een gevleugeld staartje, eentje met een glimmende gloed.
Teruggekeerd van een weekje welverdiende vakantie, treffen we ons huis anders aan dan we het achterlieten. Bij het parkeren van de wagen, zien we de zwarte lijkjes al in de vensterbank liggen. Bij het openen van de voordeur, werd de grootte van de ramp echt goed zichtbaar. Honderden groene vliegen liggen met de pootjes omhoog, de vleugels gespreid. Het houtkleurig vinyl in onze hal verstopt zich erachter.
We veegden alle vliegen in een razend tempo op. Gelukkig hadden we nog wat flessen bleek in de keukenkast staan. Wat een weekje vakantie toch niet in je los maakt. Ik tik mijn vrouw gekscherend aan: hee, we hebben helemaal geen voor en na foto’s gemaakt! Deze gevleugelde hypothetische post zou vliegen op de socials, schatte ik zo in.
Het zette me wel aan het denken over ons toedoen in deze massamoord. Al die verloren zieltjes, ten gevolge van één rationele keuze. We hadden de rat vergiftigd, maar wel op veilige afstand. Met als gevolg dat hij stiekem ergens kon doodgaan. Hadden we het leven uit hem geknuppeld, was ons de vliegenplaag gespaard gebleven.
Een afstand creëren tussen het wapen en het slachtoffer. Een klassiek voorbeeldje ‘trolley dilemma’, zo leerde ik afgelopen week.
Het trolley dilemma is een sociologisch dilemma wat onderzoekers al decennia bezighoud. Het stelt het volgende:
- Er liggen vijf mensen vastgebonden op een rails, een tram dendert op ze af. Op een aangrenzend spoor ligt één man. Je hebt een schakelaar om de trein van richting te doen veranderen. Wat doe je? In de meeste gevallen kiezen de ondervraagden voor het wisselen van spoor. Eén persoon dood, en vijf gered.
- De tweede variant is interessanter. Hier liggen weer dezelfde vijf mensen vastgebonden op het spoor. Ditmaal staat er een forse kerel, langs het spoor te wachten. Door hem op het spoor te duwen, zul je de tram óók stoppen.
Wat doe je? Met het laatste voorbeeld lijken een heleboel mensen meer moeite te hebben. Wat heeft die rat met die tramrails te maken? Blijkt maar weer dat we voorkeur geven aan de makkelijke weg, doen alsof er niets aan de hand is. Het liefst met onze ogen dicht. Zo heeft het wapen de rat vermoord, en niet wij, toch? Wij hadden niet het zwaard vast.
Liever nog, hoopte ik dat de rat aangereden was door de tram. Dan hadden wij helemaal niets hoeven opruimen. Geen dode rat en geen tollende glimmende vliegen. Jammergenoeg loopt er al jaren geen tram meer door onze wijk. Dus poets ik tevergeefs op de laatste vlek: een zwerend schuldgevoel.